30 juli 2008

Werknemers willen zelf langer doorwerken

En wij maar denken dat we mensen moeten stimuleren om dat te doen. Waar dat mee te maken heeft? Een te laag pensioen. Mijn inschatting is dat we deze stimulans steeds vaker gaan zien. Niet iedereen heeft zijn pensioen perfect in orde.

"Het kabinet hoeft niet met wetgeving af te dwingen dat mensen langer blijven werken. Werknemers doen dat al steeds vaker uit zichzelf, stelt algemeen directeur Niek Jan van Kesteren van VNO-NCW. "Als oudere werknemers inzien dat hun pensioen lager uitvalt dan ze hadden verwacht, besluiten ze zelf om langer door te werken", zei hij in het Radio 1 Journaal.
De VNO-NCW-directeur is het eens met de analyse van minister Donner, die onlangs betoogde dat steeds hogere pensioenleeftijden nodig zijn om de economie draaiende te houden. Maar dat gaat vanzelf, zegt Van Kesteren. "Mensen worden altijd gedreven door financiële prikkels. Als ze zien dat hun pensioen uitkomt op 50 of 60 procent van hun laatst verdiende loon, zullen ze er sneller voor kiezen om nog even door te gaan. Een jaar langer werken levert 8 procent meer pensioen op."

Ook vice-voorzitter Rienk van Splunder van het CNV constateert dat steeds meer werknemers inzien dat het loont om een paar jaar langer door te werken. "Die trend zal alleen maar sterker worden. Financieel gezien maakt het namelijk nogal wat uit. Afhankelijk van het inkomen kan het gaan om honderden euro's per maand."

Van Kesteren benadrukt dat het niet alleen aan de werknemer is om te besluiten langer door te werken, maar dat de afspraken in goed onderling overleg tussen werkgever en werknemer gemaakt moeten worden. "Dat maakt de discussies in Den Haag een beetje relatief. De ontwikkelingen in de arbeidsmarkt zullen uiteindelijk zwaarder wegen dan allerlei beleidsvoornemens"

Bron: HR Praktijk

17 juli 2008

50 plus marketing is een trend

Dat blijkt uit een onderzoek van Berenschot in samenwerking met MarketingTribune onder 1400 marketeers. De ondervraagden bestempelden communitymarketing dit jaar als trend. Het aantal marketeers dat hier ook daadwerkelijk iets mee doet is maar net iets meer dan de helft.

Een tweede trend die werd onderkend was 50+marketing. Hierbij is het aantal markteers dat er ook echt wat mee doet nóg lager. Slechts 35 procent speelt in op deze trend. De reden waarom er zo weinig op de trends wordt ingespeeld is dat marketeers te weinig macht hebben om productontwikkeling en andere marketingmixelementen te beïnvloeden.

Wie het wel lukt om mee te doen met de trends, doet dit veelal door de P’s van productie en promotie te benutten. Volgens de respondenten hebben trends in slechts een kwart van de gevallen invloed op het productontwikkelingproces in hun bedrijf. De werking van trends op marketingmixelementen is nog lager: 18 procent.

De belangrijkste trend dit jaar is communitymarketing met 32 procent. Daar op volgend kwam 50+marketing met 26 procent. Deze trends zijn beide nieuw in de top vijf. Andere trends die als belangrijk beschouwd worden zijn: e-communication (22 procent), internet en web-based applicaties (22 procent) en viral- en buzz-marketing (20 procent).

04 juli 2008

Leuke reclame: Bol.com 'Turks Fruit of de Bont-collectie'



Leuk, geschikt voor iedereen en grappig genoeg. Het aardige van dit soort commercials is dat het niet specifiek over online shoppen gaat, maar dat de kijkers wel de essentie van Bol.com begrijpen. Veilig en betrouwbaar online shoppen.

Ouderen drijfveren online groei

Volgens Emerce.

Het aantal Nederlandse 50-plussers dat online is, groeide afgelopen halfjaar met 8,5 procent. Vierenzestig procent van hen is online. Zij zijn in een jaar tijd 16 procent langer gaan surfen.
Vijftigplussers surfen wekelijks gemiddeld 3,6 uur op internet, toename van 16 procent. Dat blijkt uit het zesmaandelijks onderzoek dat onderzoeksbureau GfK voor Stichting Internetreclame (Stir) uitvoert.Voorts blijkt dat de gemiddelde surftijd van alle online Nederlanders van 13 jaar en ouder in een half jaar met 9 procent is gegroeid tot 1,2 uur per dag. De totale surfpopulatie is gegroeid met 3 procent.Drieëntachtig procent van de Nederlanders is online. Van de groep tussen 13 en 34 jaar is 100 procent online, aldus Stir. Zij zijn voor 60 procent verantwoordelijk van alle surftijd die Nederlanders op het web doorbrengen. Omgerekend is dat 11 uur per persoon tot 34 per week. Het landelijk gemiddelde ligt op 8,5 uur per week.Het aantal Nederlanders dat op zijn werk toegang tot internet heeft, is nagenoeg ongewijzigd. Nog steeds heeft meer dan 60 procent van de Nederlanders geen internettoegang in de baas zijn tijd. Achtendertig procent heeft dat wel.Het halfjaarlijks onderzoek van Stir, het zogeheten Establishment Survey, is bedoeld om de opbouw van de Nederlandse internetpopulatie te bepalen. Aan de hand van deze informatie plannen adverteerders hun online reclamecampagnes in. Stir rapporteert, net als het Kijk- en Luisteronderzoek, maandelijks de bereiksmetingen onder het internetpubliek.

Oude wijn in oude zakken met Edgar Keehnen


Het klinkt bijna als een nieuwe 'tv-show' voor Omroep Max, maar zou een goede titel zijn geweest voor zijn nieuwe boek 'Vijftigplus marketing'. En eerlijk is eerlijk, zijn eerste boek 'Ervaren maar veranderlijk' was goed en voor velen een opening tot de ouderenmarkt. Ook voor mij was dat een goede aanvulling in mijn literatuurcollectie. Maar dat was 4 jaar geleden, toen er nog nauwelijks aandacht was voor de oudere medemens. Het is nu 2008, het gros van de ouderen in Nederland is online en veel bedrijven en instanties beginnen te onderkennen dat een groot deel van hun klanten niet tot de traditionele groep boodschappers van 18 tot 49 jaar behoort. Ook wij merken dat groeiend besef. Het is nu alleen tijd voor praktisch aanpakken, niet voor nog een boekje over waarom we iets zouden moeten gaan doen.

Deze opvolger (4 jaar na dato) had dus wel iets meer om het lijf mogen hebben.

Keehnen trapt alle deuren die al open stonden in en komt met een luchtige opeenstapeling van cliché's. Hij hangt ze op aan namen van bekende tv-shows. En daar komt dan de ongelukkige verbastering 'Knorrige knarren top 10' uit voort. Alsof iemand van 51 zich zal vereenzelvigen met het beeld dat 'knorrige knar' oproept. Een top 10 waarvan hij overigens de les 'beeld ouderen niet af als oude fossielen' zelf niet heeft opgevolgd. Getuige de in het zand liggende grijsaard op de cover.

Ik mag natuurlijk niet zomaar ongezouten kritiek leveren op het boek van een collega als ik zelf nooit een boek heb geschreven (wel artikelen overigens). Dat beaam ik meteen. Maar zelfs Adformatie trekt als enige slotconclusie 'baat het niet, schaadt het niet'.

En kopt verder:

'spreek ouderen niet expliciet aan op hun leeftijd komt wel erg bekend voor'
'cases komen niet als makkelijk toepasbaar uit de verf'

Uit andere bronnen hoorde ik:

"Het is veel geschreven met 'ik, de ontdekker van 50+ marketing', voorbeelden van TV en andere mensen en niet zozeer van zichzelf, vaak de toevoeging 'ik denk dat de verklaring ligt in het feit dat' en cases waar je je vraagtekens bij kan zetten. On top of it all vertaalt hij letterlijk uit Furlong, Nyren en Stroud waar hij openlijk geen aanhanger van is."

Misschien moet ik dan toch zelf maar eens de pen ter hand nemen. Een kritische verhandeling over het hoe en waarom van het doorbreken van het traditioneel marketingdenken richting een reuze-interessante groep ouder wordende klanten. Met eigen praktijkcases die wel hanteerbaar en meetbaar zijn.